Op 20 mei jl. stemde de ministerraad in met de Voorjaarsnota, waarin veel plannen uit het coalitieakkoord aanpassing krijgen wegens forse tegenvallers door de ‘exceptionele tijden’ (dixit premier Rutte) waarin we leven. Het lijstje is bekend: de pandemie, de oorlog, de stijgende energieprijzen en inflatie, de koppeling van de AOW aan de verhoging van het minimumloon, de defensie-uitgaven naar 2% van het bbp… de lijst is lang. Waar haalt het kabinet het geld vandaan? Onder meer door ruim € 2 miljard minder uit te trekken voor de klimaatfondsen bij infrastructuur, onderzoek en innovatie. Door de lasten voor vermogenden en bedrijven flink te verhogen. En door het veelgevraagde onderzoek naar meer balans tussen de verhouding tussen inkomen uit vermogen en uit arbeid.